Toets "Enter" om naar de inhoud te gaan

Categorie: onderwijs

Leesvoer Voor Durvers: Atomic Habits & Durfstappen

Leesvoer voor durvers

Boeken die prikkelen, inspireren en aanzetten tot actie.

In Leesvoer voor durvers deel ik boeken die mij raken, uitdagen of aan het denken zetten. Geen droge samenvattingen, maar de inzichten die bij mij bleven hangen en die jou misschien ook in beweging zetten.

Titel & auteur: Atomic Habits & Durfstappen – James Clear & Rob Smits

Onlangs las ik ‘Atomic Habits’ van James Clear en koppelde zijn inzichten aan durfstappen.

Durfstappen zijn klein, maar geven je het gevoel dat je controle hebt over jouw leven. – Rob Smits

Veranderen vraagt niet om groots en meeslepend. Veranderen begint klein. In mijn werk met leiders, professionals en studenten zie ik keer op keer: het zijn niet de eenmalige doorbraken, maar de herhaalde, bewuste durfstappen die het verschil maken. Dat is precies waar Atomic Habits van James Clear over gaat.

Hieronder deel ik 10 krachtige inzichten uit zijn boek – en hoe jij ze kunt gebruiken om moedigere gewoontes te ontwikkelen.


1. Kleine stappen, groot effect

“Elke dag 1% beter worden, maakt je na een jaar 37 keer beter.”

Een durfstap hoeft niet groot te zijn. Integendeel: kleine, consistente handelingen hebben op de lange termijn meer impact dan éénmalige transformaties. Begin klein. Kies één gewoonte. En herhaal.

2. Je gewoontes bepalen je toekomst

“Met dezelfde gewoontes krijg je dezelfde resultaten. Met betere gewoontes is er van alles mogelijk.”

Als je wil dat jouw leven, werk of relaties veranderen, begin dan bij je dagelijkse patronen. Wat doe je iedere dag – en durf je daar bewust van af te wijken?

3. Identiteit vóór resultaat

“Je stijgt niet tot het niveau van je doelen. Je valt terug naar het niveau van je methodes.”

Durven is geen eenmalige daad. Het is wie je bent. Elke keer dat jij een kleine, moedige keuze maakt, bewijs je aan jezelf: ik ben iemand die durft. En dat maakt het makkelijker om het morgen weer te doen.

4. Geduld loont

“Doorbraakmomenten zijn vaak het resultaat van vele kleine handelingen die eraan voorafgingen.”

Verwacht geen instant succes. Je durf groeit in stilte, onder de oppervlakte. Blijf oefenen. Oefenen. Oefenen. Juist wanneer je het gevoel hebt dat er niets gebeurt.

5. Richt je omgeving slim in

“De omgeving is de onzichtbare hand die menselijk gedrag beïnvloedt.”

Maak het makkelijk om dapper te zijn. Leg je hardloopschoenen klaar. Zet je telefoon op stil tijdens moeilijke gesprekken. Bouw je omgeving om je goede gewoontes heen.

6. Maak het aantrekkelijk

“Hoe aantrekkelijker een mogelijkheid is, hoe waarschijnlijker dat het een gewoonte wordt.”

Koppel je durfstap aan iets wat je fijn vindt. Bijvoorbeeld: na elk spannend telefoontje trakteer je jezelf op een kop thee of een wandeling. Zo leert je brein: durven voelt goed.

7. Herhaling is koning

“De meest effectieve manier van leren is oefenen, niet plannen.”

Durven wordt pas vanzelfsprekend als je het blijft doen. Niet denken over verandering, maar doen. Tel elke actie als een overwinning.

8. Gebruik ‘als-dan’-scripts

“Als dit gebeurt, dan doe ik dat.”

Maak van durven een automatisme. Bijvoorbeeld: Als ik twijfel, dan stel ik één krachtige vraag. Of: Als ik ‘s ochtends opsta, dan schrijf ik één durfstap op voor vandaag.

9. Focus op het proces, niet alleen het doel

“Resultaten gaan om wat je krijgt. Processen draaien om wat je doet. Identiteit gaat over waar je in gelooft.”

Je wordt niet moedig door een doel te halen. Je wordt moedig door moedig te doen – elke dag opnieuw. Focus op de acties die je vandaag dichter bij je gewenste identiteit brengen.

10. Vier het succes – ook het kleine

“Wat meteen beloond wordt, wordt herhaald.”

Een gewoonte blijft hangen als ze bevredigend voelt. Vier het elke keer dat je durft. Zeg het hardop. Schrijf het op. Deel het met iemand. Beloon jezelf. Maak zichtbaar wat er gelukt is.


Tot slot: Durf is te doen

James Clear sluit zijn boek af met de woorden: “De beste versie van jezelf worden vereist dat je je overtuigingen steeds opnieuw herziet.” Dat raakt aan waar ik in geloof. Durven is niet alleen doen – het is worden. Stap voor stap. Overtuiging voor overtuiging. Gewoonte voor gewoonte.

Wil jij nieuwe gewoontes ontwikkelen die écht bij jou passen? Begin dan niet met grote plannen. Begin met één durfstap. En kijk waar het je brengt.


👉 Wil je meer weten over mijn coaching of training op het gebied van gedragsverandering en durf? Bekijk mijn aanbod op www.rob-smits.nl of neem contact op voor een kennismaking.

Reageer

Boekreview: Schoolpijn: reflecties van een leraar

Het boek gaat in op de complexiteit van het lerarenvak, belicht door de ogen van een verteller die zowel zijn eigen angsten als die van zijn leerlingen erkent en bestrijdt. De schrijver neemt ons mee op een introspectieve reis en raakt de kern van wat het betekent om leraar te zijn: niet alleen als kennisoverdrager, maar ook als iemand die leerlingen helpt omgaan met hun angsten.

Angst speelt vaak een grote rol in de schooltijd; het kan alles blokkeren. Voor de leraar die Daniel Pennac uiteindelijk werd, was de belangrijkste missie om de angst van zijn meest worstelende leerlingen te genezen, zodat ze zich konden openstellen voor kennis. “Alleen, om kennis een kans te geven te bezinken in het heden van een les, moeten we ophouden steeds met het verleden op de proppen te komen als iets om je voor te schamen, en met de toekomst als een straf,” schrijft Pennac.

Pennac stelt dat een leraar de lastige leerling vaak ziet als een belichaming van zijn eigen falen. De leraar slaagt er blijkbaar niet in om vooruitgang te boeken of de lastige leerling aan het werk te krijgen. “Gelukkig wordt deze twijfel aan zichzelf, zodra men zich ervan bewust wordt, bestreden door een flinke hoeveelheid geldige argumenten: bij hém heb ik gefaald, maar bij zoveel anderen heb ik wel succes gehad. Ik kan er toch ook niks aan doen dat deze jongen in de tweede zit! Wat hebben mijn voorgangers hem eigenlijk bijgebracht? Komt dat allemaal door de school? Wat denken die ouders wel niet? Dat ik met mijn middelen en aantal lesuren zo’n grote achterstand kan wegwerken?” De leraar maskeert hiermee zijn eigen falen en durft dat niet te erkennen.

Dit gevoel van falen is herkenbaar. Soms vraag je een leerling zichzelf in de toekomst te beschrijven. Wat als ik je tegenkom als je veertig bent? Wat doe je dan? En als je deze veertiger dan echt tegenkomt als chef-kok van een restaurant, hoe geweldig is dat! Hoge verwachtingen helpen daarbij. Dit zijn de momenten waarop je geen spijt hebt dat je leraar bent geworden.

Pennac beschrijft ook wat het neoliberalisme doet met onze leerlingen: zij identificeren zich met merken. Als je Nikes hebt, ben je iets en iemand… Alleen worden zij er niet voor betaald, maar betalen zij ervoor met geld en een deel van zichzelf. “We worden iets, we worden iets, ieder op zijn eigen manier, en soms lopen we elkaar als ‘gewordenen’ tegen het lijf.” Pennac maakt zich zorgen over de jongeren die opgroeien in de banlieues: “Waar kunnen ze anders op leunen in de zin van achteroverleunen, jezelf een beetje vergeten om dichter bij jezelf te komen – dan op het spel van uiterlijke schijn? Want dat is het, dat is de identiteit volgens grootmoeder Marketing: de jongeren hullen in schijn, het voortdurende verlangen om fotogeniek te zijn bevredigen… Verduiveld, dat is een serieuze rivaal voor de leraren, die verkoopster van kant-en-klare plaatjes!”

Tegelijkertijd put Pennac hoop uit de veerkracht van kinderen: “Onderschat die kinderen niet, vergeet niet hoe veerkrachtig ze zijn! En hoe slim, als ze eenmaal door de puberteit zijn gekomen. De meesten slaan zich er heel goed doorheen.” Hij herinnert zich meneer Bal, zijn wiskundeleraar in de vijfde klas. “Qua manier van bewegen was hij de tegenpool van Keating; hij was zo onfotogeniek als maar kon: hij had een eivormig gezicht, een schelle stem en niets aantrekkelijks. Hij zat altijd achter zijn bureau op ons te wachten, groette ons vriendelijk en vanaf zijn eerste woorden zaten we in de wiskunde. Waaruit bestond dat uur dat we er zo goed bij waren precies? Voornamelijk uit de stof die meneer Bal onderwees en waar hij helemaal van vervuld leek te zijn – wat hem tot een opmerkelijk levendig, kalm en goed iemand maakte. Een vreemdsoortige goedheid, die puur en alleen in kennis wortelde, de natuurlijke behoefte om de ‘stof’ met ons te delen die zijn geest zo in vervoering bracht en waarvan hij zich niet kon voorstellen dat die bij ons weerzin zou kunnen oproepen, of dat we er simpelweg onbekend mee waren. Bal was vervuld van zijn stof en van zijn leerlingen.”

Goede leraren laten volgens Pennac niet los. Ze laten zich niets wijsmaken over een mogelijk gebrek aan kennis. Het beeld van het reddende gebaar bij iemand die in het water is gevallen, de hand die je naar boven trekt ondanks je gespartel, dat krachtige beeld van een hand die de kraag van een jas vastgrijpt. Afsluitend ziet hij dat de huidige onderwijsprofessionals veel maatschappelijke problemen in de klas krijgen en zeggen: “Wij leraren zijn er niet voor om binnen de school de maatschappelijke problemen op te lossen die het overdragen van kennis in de weg staan; dat is niet ons werk.” Natuurlijk moeten surveillanten, pedagogen, maatschappelijk werkers en psychologen hun werk doen. Maar we zijn ook in een nieuwe fase beland, die zich steeds meer zal moeten richten op de verbetering van de communicatie met de leerlingen.

En wat mij betreft begint dat met jezelf kwetsbaar opstellen, het organiseren en promoten van tegenspraak, en daarnaast ook de nodige grenzen durven aangeven.

Reageer