Toets "Enter" om naar de inhoud te gaan

Tag: communicatie

Tek: Van overleven in Bulgarije tot onmisbare collega in Nederland

Op een zonnige dag in 2016 veranderde mijn leven – en dat van Tek – voorgoed. Tek, onze geliefde bedrijfshond, heeft een bijzonder verhaal. Het is een verhaal over overleven, tweede kansen, en hoe hij uiteindelijk mijn trouwe maatje én collega werd.

Een zware start in Bulgarije

Tek begon zijn leven bij een Bulgaarse hovenier die in Nederland werkte. Maar toen zijn baasje ziek werd, vertrok hij samen met Tek terug naar Bulgarije. Daar nam het lot een verdrietige wending. De hovenier overleed, en Tek bleef achter op het erf. In Bulgarije gaan mensen vaak anders om met honden dan we in Nederland gewend zijn. Tek werd aan een ijzeren lijn vastgemaakt, zonder voldoende voedsel en aandacht. Hij moest wekenlang zelf zien te overleven. Hij at wat hij kon vinden: mieren, vogels en alles wat binnen zijn bereik kwam.

Gelukkig had het dorp een paar oplettende bewoners. Vrienden van mij, die in hetzelfde dorp hun tweede huis hebben, zagen Tek. Hij was mager, verwaarloosd, maar toch vol veerkracht. Zij vroegen toestemming om hem mee te nemen en voor hem te zorgen, en gelukkig mocht dat.

Een reis naar Nederland

Toen kwam de volgende uitdaging: een baasje vinden voor Tek. Via Facebook plaatsten mijn vrienden een oproep, en daar zag ik hem. Er waren twee kandidaten, en ik was één van hen. Het enige probleem? Hoe zouden ze Tek naar Nederland krijgen? Een vlucht zou te stressvol zijn voor hem. Dus besloten ze speciaal voor Tek een auto te kopen. Ja, je leest het goed – een auto, alleen voor hem!

Mijn eerste ontmoeting met Tek

Toen Tek in Nederland aankwam, ging ik met hem ‘proeflopen’. Vanaf het eerste moment voelde ik een klik, al was hij destijds een energieke wervelwind. Het was even wennen, maar ik wist: dit wordt mijn hond. En zo begon ons gezamenlijke avontuur.

Tek, mijn trouwe werkmaatje

Nu, jaren later, is Tek een onmisbaar deel van mijn leven én werk. Hij is een vrolijke ziel die mensen graag verwelkomt. Zijn vriendelijke karakter en aanstekelijke energie maken hem een perfecte compagnon tijdens communicatietrainingen die ik geef. Tek speelt een unieke rol in deze trainingen, waarin hij deelnemers helpt om belangrijke lessen over communicatie te ontdekken.

Wat Tek ons kan leren over communicatie

Honden zijn meesters in non-verbale communicatie, en Tek is daarop geen uitzondering. Hij laat mensen zien hoe krachtig lichaamstaal en stemgebruik kunnen zijn. Hier zijn een paar van de oefeningen waarin Tek schittert:

  1. Lichaamstaal: Honden begrijpen onze lichaamstaal beter dan woorden. Tek laat zien hoe belangrijk je houding is in communicatie.
  2. Toon van de stem: Of je nu een warme toon gebruikt of een strenge, Tek voelt het meteen aan. Hij leert deelnemers hoe stemgebruik emoties overbrengt.
  3. Commando’s: Simpele opdrachten zoals “zit” of “kom” laten zien hoe duidelijkheid in communicatie essentieel is, niet alleen voor honden, maar ook in onze dagelijkse interacties.
  4. Oogcontact: Tek reageert sterk op oogcontact, wat mensen helpt te begrijpen hoe belangrijk het is om aandachtig te zijn in gesprekken.
  5. Hallo zeggen: Wil je een band met Tek opbouwen? Ga op zijn niveau zitten, zodat hij je kan besnuffelen. Het is een simpele, maar krachtige les in respect en toegankelijkheid.

Tek: een inspiratiebron

Tek herinnert me er dagelijks aan hoe veerkrachtig en loyaal een hond kan zijn. Hij begon zijn leven in moeilijke omstandigheden, maar is uitgegroeid tot een vrolijke en liefdevolle metgezel. Zijn aanwezigheid maakt niet alleen mijn werk leuker, maar biedt ook een frisse kijk op hoe wij communiceren en verbinden met anderen – mens én dier.

Dus, mocht je ooit een training bij ons volgen, wees voorbereid: Tek zal je hart stelen voordat je het weet!

(Fotograaf: David Hup)

Reageer

Boekreview Verbaal Meesterschap van Remco Claassen

Remco Claassen is iemand die ik al jaren volg en laatst mocht ik hem ontmoeten! En kreeg zijn boek cadeau op voorwaarde dat ik hem mijn boek zou sturen. Zo gezegd, zo gedaan.

De timing is perfect want op 12 november ga ik mijn 1e echte speech over durf in het onderwijs geven voor 2 x 300 personen!

In het boek Verbaal Meesterschap had ik veel herkenning ten aanzien van mijn eigen boek. Claassen is wel meer een meester in het verhalende. Daar kan ik nog veel van leren.

Remco Claassen is een inspirerende schrijver en spreker die met Verbaal Meesterschap een handboek voor sprekers heeft geschreven. Hij leert lezers de kunst van effectieve communicatie, en doet dat met zowel humor als scherpe inzichten in de psychologie van het menselijk gedrag. Zijn stijl is verhalend en meeslepend; je wordt als lezer moeiteloos meegenomen door metaforen en concrete voorbeelden, iets wat Claassen optimaal beheerst.

Een van de meest opvallende metaforen in het boek is die van de “Hyperbutler,” gebaseerd op het personage Manuel uit Fawlty Towers.

Manuel symboliseert ons “reptielenbrein” dat instinctief reageert op allerlei prikkels zoals woorden, gezichtsuitdrukkingen en geuren. Claassen legt uit dat deze instinctieve kant van ons vaak uit angst handelt, en hij biedt technieken om deze “Hyperbutler” bewust te temmen. In mijn boek komt dit thema ook terug maar Claassen gebruikt een prachtige metafoor, fantastisch en herkenbaar. Alhoewel….bij een training die ik laatst gaf aan een groep jongeren keek men mij wel een beetje wazig aan. Wie? Fawlty Towers?

De praktische tips in Verbaal Meesterschap maken het boek tot een mooie gids voor iedereen die zijn spreekvaardigheid naar een hoger niveau wil tillen. Claassen behandelt technieken zoals “pre-framing” en het gebruik van anekdotes en metaforen om de aandacht van het publiek vast te houden. Hij moedigt sprekers aan om zichzelf de cruciale vraag te stellen:

Wat wil het publiek? Wat brengt ze in beweging? Wat zorgt er voor dat ze gaan kwispelen?

 Hierdoor wordt je als spreker gedwongen om je echt in de ander te verplaatsen en zo een authentieke connectie op te bouwen. Ook geeft hij praktische tips over lichaamstaal en houding; hij benadrukt bijvoorbeeld het belang van bewust staan, oogcontact, en beweging binnen de ruimte.

 Claassens stijl is toegankelijk en onderhoudend, en zijn inzichten zijn direct toepasbaar in de praktijk. Of je nu een ervaren spreker bent of net begint zoals ik, dit boek geeft je handvatten om als spreker te groeien en het publiek te boeien. Het leert je wat je moet doen, laten en nooit meer vergeten – en dat maakt Verbaal Meesterschap een echte aanrader.

Reageer

#70 Bookreview “Misschien moet je iets lager mikken”, Klasse laat je nooit los. Klasse vormt wie je bent.

Paul de Regt (docent Haagse Hogeschool) las een 1e versie van mijn nog uit te komen boek en tipte dit boek van Milio van de Kamp. We zijn beiden 1e generatie studenten en herkennen veel van onze eigen levensweg in dit boek.
Milio van de Kamp (1991) is socioloog en werkzaam als universitair docent aan de UvA. In 2022 werd hij verkozen tot FMG Docent van het jaar.
Hij is opgegroeid in armoede en hij geeft in zijn boek “Misschien moet je iets lager mikken”een unieke, persoonlijke blik op maatschappelijke ongelijkheid.
Het begint eigenlijk al met je startgevoel en perspectief. Ik heb altijd opgekeken naar mensen uit een ‘hogere’ klasse. In het verleden verhield ik mij ten aanzien hetgeen ‘hoger’ was.
“Het patroon van lage verwachtingen komt voort uit de sociale klasse waarin ik ben opgegroeid. Als je wordt geboren met weinig voel je al snel wat jouw plek in de wereld is.”
Ik groeide op in Amsterdam-Noord in een buurt waar je een vechtersmentaliteit krijgt aangeleerd. Deze mentaliteit gebruikte ik voor mijn klim op de maatschappelijke ladder. Trede voor trede. Op karakter, wilskracht, talent, geluk én zelfkennis werd ik van een dubbeltje een kwartje. Ik was (en ben nog een beetje) een Amsterdams lefgozertje.
Van de Kamp beschrijft haarfijn hoe de code van de straat zich verhoudt met de code van de school:
“De code van de straat staat voor masculiniteit, eer, respect en machogedrag en de verwachting vanuit deze cultuur was duidelijk: op het moment dat iemand je uitdaagt toon je dominantie. Je handelt meteen, geeft de eerste klap en moet als winnaar uit de strijd komen, anders verlies je het respect nog voordat je het überhaupt hebt opgebouwd. De code van de school betekende juist het tegenovergestelde en is meer gericht op zelfontplooiing, zelfverwezenlijking “
“De keuze tussen de straat- en schoolcode is geen rationele. In een fractie van een seconde nam de straatcultuur, de cultuur die ik het best kende, de overhand.”
Mijn lef werd in de straatcultuur opgebouwd.
En toch ook toen al in balans gehouden door mijn denkkracht.Wel het lef voelen, maar vaak net even slimmer (doordachter) te zijn. Dat heeft mij (en mijn zus) veel klappen bespaard. Dat ‘slimmer’ zijn, had twee kanten. Ik kon goed leren. En mijn ouders hadden het beter dan die van Van de Kamp. Echte armoede en agressie heb ik niet gekend. Mijn startpositie was zeker beter als die van hem. Ik kwam wel thuis bij vriendjes als Van de Kamp en zag de verschillen.
Van de Kamp beschrijft dat hij zijn manier van spreken ook binnen een paar stappen wist aan te passen. Herkenbaar: ik ben in no time zo teruggeschoten in mijn oude manier van praten: de straattaal.
Het effect van (destijds) mijn plat-Amsterdamse accent klinkt soms nog door. Mijn accent heeft geen waarde, want het is geen onderdeel van de heersende norm, zegt hij. Het accent werkt je juist tegen in de onderwijswereld.
Momenteel voer ik veel opdrachten in het onderwijs uit. Door het boek ben ik weer scherper op hoe klasse-ongelijk ons onderwijs vaak kan zijn. De schrijver citeert Bourdieu: “De onzichtbaarheid van klassenongelijkheid in het onderwijs vanuit het idee dat hij ‘cultureel kapitaal’ noemt, het gevoel en de kennis die je hebt van de cultuur, de mores, de gebruiken en de normen in een bepaalde omgeving, zoals bijvoorbeeld de universiteit. Het gaat om een feel for the game, om aanvoelen hoe je ergens hoort te praten, bewegen en je gedragen. Hij liet zien hoe de middenklasse en elite het onderwijs domineren. “
Volgens Bourdieu werkt het bestaande onderwijssysteem privileges in de hand. Het cultureel kapitaal van de middenklasse en elite wordt gezien als neutraal, met als gevolg dat degene die niet aan de heersende normen en waarden voldoen, ook geen normen en waarden hebben.
Deze generatie wordt echter getoetst op normen en waarden die door de middenklasse en elite zijn bepaald, waardoor de kinderen die zich hier het meest mee kunnen identificeren (en er het beste op zijn voorbereid door hun opvoeding) het hoogst scoren.
“De 1e generatiestudenten moeten leren zich aan te passen aan de context van de universiteit, zowel sociaal als academisch, en hun doel scherp voor ogen moeten houden. Het beheersen van deze drie elementen bepaalt uiteindelijk of iemand succesvol weet te navigeren in de wereld van de heersende klasse. “
Klasse laat je nooit los. Klasse vormt wie je bent.
Reageer

Boekreview: Merlijn Twaalfhoven “Het is aan ons!”, en ook aan jou….inspiratie voor idealisme.

Een aantal jaar terug werd er bovenop de parkeergarage een basketballveld voor de jeugd en buurt geopend.
Mustapha Ocal van het Dock organiseerde dat en ik mocht moderator zijn en organiseerde een uitwisselingspel.  Daarna zou het Riccioti-ensemble komen. Iets anders dan we gewend waren zei Mustapha.
Dat was ook zo.
Bovenop de parkeergarage waren opeens allerlei musici die in een soort wervelwind iedereen meenamen in die muziek. Je kon eigenlijk niet niet meedoen. Ik gaf me direct op als sponsor.
Recent schreef de altviolist van dit ensemble een boek: “Het is aan ons”.  De titel sprak aan. Juist nu!
Echte verandering is aan ons en niet aan de politiek of het grote geld.
En met “durven” is het ook aan JOU!
Pak de kunst weer terug! Zoek naar waarmee er voorheen een gevoel werd vertaald: rituelen, tradities, dichtbij. Dat vraagt een houding, een “kunstenaars-mindset” volgens Twaalfhoven. Wees open en speels en ook onderzoekend en scheppend. Twaalfhoven denkt dat we met een kunstenaarsmindset een echte verandering kunnen inzetten.
In zijn boek licht de schrijver eerst deze mindset toe. Zijn ervaringen met het Riccioti Ensemble in Nederland en buitenland illustreren zijn ideeen.
Wat kunnen we leren van een “kunstenaars-mindset”?
Een beeld of gebaar kan een trigger zijn waaruit iets nieuws ontstaat: een persoonlijke gewaarwording in dat moment.  Dat gebeurt niet veel. Dat kan wel meer gebeuren als je als levenskunstenaar de focus neemt naar het bieden van een WAARDEvolle ervaring. Dat vraagt wel ruimte en plek volgens Twaalfhoven.
En hoe krijg je dan de aandacht als “vergeten kunstenaar”?
Maak je eigen mindset!
Heb de moed om oude zekerheden los te laten en treedt de wereld open tegemoet. Binnen mijn “durf”-methode is de mindset een deelattribuut om kansen te kunnen pakken.
Oefen in delen, uiten, rouwen en vieren. Juist nu! We moeten steeds meer “navigeren door onzekerheid” zegt Twaalfhoven.
De mindset is een kompas om te navigeren. Helpt om op koers te blijven. Hij bestaat uit: waarnemen, voelen, denken en maken.
Bij het waarnemen ligt nog meer herkenbaarheid ten aanzien van de durf”-methode; aandacht en vertraging! Juist bij durven is reflectie essentieel. Oefenen, oefenen en oefenen in aandacht. Toewijding en focus in wat je doet. Een andere durf-kans is de omarming van magie en schoonheid. Kijk eens om je heen: zie je Kiksvoorniks!  Hoor je vogels, zie je de bloemen (al je zintuigen!) en zie je de passerende mens? Verwonder jezelf weer eens! Nieuwsgierigheid is ook een Deel-Durf-attribuut.
Eigenlijk is durven “onzekerheidsvaardig” worden zoals Twaalfhoven dat benoemt. Hiervoor moet je “Buiten de kaders” denken en doen. Veel kunstplekken zijn juist heel gekaderd. Dus een andere plek die je niet gewend bent helpt om buiten de kaders te komen. De schrijver heeft een project in Zaandam op Hembrug uitgevoerd: met minimale middelen en samen met Zaankanters. Bureau Voor Durf heeft juist ook dit terrein als werkterrein! Bijbind, Magazijn 14 en Lab 44 zijn favoriete werkplekken(zie ook foto’s en docu die binnenkort komt).
Het samenwerken met mensen ziet Twaalfhoven als een rijkdom van vele verhalen. Op het Hem vind ik zelf Museum of Humanity van RubenTimman hier een mooi voorbeeld van.
Twaalfhoven haalt ook Jeffrey Sachs aan een econoom van het Earth Institute aan. Net zoals mijn oude levensgids Bob Van Houten leert hij ons het inzicht dat geld nu teveel het leven stuurt.
En:”Als mensen echt iets willen, als ze het van binnen verlangen,  en als hun gevoel hierbij optimistisch en positief is, zullen ze kunnen veranderen”. Zonder kunstenaars maken we geen duurzaamheidsrevolutie.
En: heb jij idealen? Vast en zeker! En durf je die te uiten? Al lastiger toch? Idealen komen verder als we elkaar verbonden voelen en samen iets verder willen brengen.
Dat missen we nu: collectieve idealen. Hiervoor is toch weer eerst een vertraging nodig. En dat is in deze dynamische wereld nog niet zo makkelijk. Maar als je wil oogsten moet je de zaadjes tijd geven om te wortelen. Twaalfhoven refereert (net zoals ik in mijn onderzoek) aan een 2e weg.  Het durf-systeem in ons brein komt overeen met de stap die hij na-denken benoemt.

Met dit na-denken kun je ruimte scheppen. Het creeren van “mijmerplekken”. Co-trainer Peter Donders vraagt deelnemers vaak bij reflectie te “mijmeren”.  Ikzelf ben meer stimulerend met nieuwsgierigheid om de blik te verruimen. De ruimte wordt verdicht door alle input die we hedentendage steeds meer krijgen. Rutger Bregman schreef daar ook al over in “De meeste mensen deugen”.

Aandachtsvervuiling door alles waar op zouden kunnen focussen…Aandacht is steeds meer vloeibaar geworden. Zo verdund is het volgens  hem. “Als verwondering, vertwijfeling en schoonheid het gevecht onze aandacht verliezen verdwijnt het leven uit het leven.”
Hoe vertragen we dan? Wat is de strategie?
Neem waar,  zie het unieke, wordt nieuwsgierig, stel vragen en ook nog niet makkelijke gevoelens durven toe te laten en deze onderzoeken.
Onderzoek met andere vragen: niet alleen wat, hoe en waarom vragen maar ook; “Wat als”-vragen!
Wat mij echt raakte was het uit de kast komen als idealist: JA! Ik wil ook! Het op een fijne manier uitspreken wat ik ideaal zou vinden; welke wereld wil IK eigenlijk? En met de kunstenaarsmindset kan ik dat bevragen, bespelen en bevoelen.
Twaalfhoven rond het boek af met het deel “maken” . Durven en Doen! Als je iets wil opbouwen moet je ook durven te falen. En als je wil bouwen moet je zorgen voor ene fundament en moet je graven.
Voor mij is dat nu bijna gedaan. De onderbouwing van de Durf-methode staat, nu nog doorbouwen.
In de vertragingstrategie ligt ook de zoektocht naar “Genoeg”. Niet perse naar meer.  En doorzetten door je ideaal te blijven zien: de poolster is er nog steeds ondanks dat het soms bewolkt is.
Afrondend geeft Twaalfhoven ons 5 lessen mee:
  1. Markeer tijd en ruimte: wanneer en waar?
  2. Vind je houvast: het fundament, de leidraad.
  3. Spreek je idealen uit: uitdrukking geven & zichtbaar maken.
  4. Doe het samen: bij wie sluit je aan en hoe deel je?
  5. Vier je voortgang: waar vieren we en welke resultaten en effecten?
En zijn durf-boodschap in zijn laatste hoofdstuk: “Houdt moed!”.
Het boek is te bestellen via; https://merlijntwaalfhoven.com/hetisaanons/
Reageer

Boek review: “Wat gaat jouw dag bijzonder maken?” van Charles Ruiters.

“Wat gaat jouw dag bijzonder maken?”
Dat is een spannende vraag toch? Of laat je je leiden door de “mindfucks” van jouw ego? En geven die “mindfucks” jou wellicht de volgende gedachten:
  • “OMG snappen ze er echt niets van?”
  • “Mega-irritante eikel, zeg!”
  • “Okeeeeee, ik pas me wel weer aan…..”
  • “Morgen pak ik ze terug!”

Of zou je juist eens meer:

  • bewuster willen leven;
  • zaken kunnen loslaten;
  • meer open willen te zijn?
In het boek beschrijft Ruiters hoe je kunt leven vanuit bewust gekozen denkkaders (context) met een open en nieuwsgierige houding. Zonder dat je je leven laat leiden door jouw onderbewustzijn.
Wat mij aansprak is het begrip “denkkader”.
Het is de praktische kernachtige woordkeuze die in mijn werk goed bruikbaar is. De term ego spreekt minder tot de verbeelding voor mensen. En juist dat denkkader is een terugkerend thema. In het  boek en ook bij durven. Vanuit welk perspectief kijk je en welke percepties zie je dan?
Keuzes worden veelal bepaalt (bepaald met een d) door dat denkkader. Met het een denkkader te noemen geeft het de potentiële “durver” een handvat: een kader kun je zelf maken en je kunt anders denken.
Ruiters gaat uit van liefdevol communiceren.
Dat lijkt soft maar hij spreekt juist over de verantwoordelijkheid om te benoemen van wat je ervaart: emoties, angsten, onzekerheid, frustratie.
Hij neemt je mee in zijn persoonlijke ervaringen en zorgt dat je ze naar je eigen situatie kunt vertalen. Zoals bijvoorbeeld dat je kunt erkennen wat er is en vervolgens kiest hoe jij naar de toekomst wil kijken.
Daar zit ook hetgeen jezelf kunt creëren. Dit vraagt durf, acceptatie, daadwerkelijk ervaren en buiten de gebaande paden gaan.
Een andere behulpzaam begrip is “beschikbaarheid”.
Dit is een bewuste keuze om er te zijn voor de ander;. Ruiters voorbeelden raakten mij omdat ik ze zo 1 op 1 herkende in bijvoorbeeld de opvoeding van mijn kinderen. Echt beschikbaar is dat de ander alles mag alles zeggen en jij het kunt dragen. Je maakt het contact met de ander belangrijker dan je ego.
Afsluitend geeft Ruiters je mee dat je zelf de vraag kunt stellen waar je op lange termijn naar toe zou willen en wat je in die tocht wenst bij te dragen. Kies dan een kleine stap die je bijvoorbeeld vandaag al zou kunnen doen en houdt focus door je niet door je ego te laten sturen. En juist die kleine stappen zorgen voor beweging om bijvoorbeeld te durven en zijn dan ook waar te maken.
En wat je dan bereikt: ‘omarm dat’.
Juist bij durven is het bewust zoeken van een balans op een wipwap tussen instinct en reflectie essentieel. Ruiters voegt in dit zoeken ook het ‘zoeken en vinden van verbinding” toe. Juist het onbewust handelen zorgt voor projectie van verwachtingen op de ander.
Ruiters geeft in zijn boek zijn eigen ervaringen weer en koppelt deze aan kennis en tools.
Als Oefenmeester in Durven kreeg ik herkenbare onderwerpen voorgeschoteld met vaak een net andere “Charles”-touch. Dat maakt het een inhoudelijk goed boek en ook fijn om te lezen.
Het boek is te bestellen via https://www.charlesruiters.com/boek/
Reageer