Toets "Enter" om naar de inhoud te gaan

Tag: talentontwikkeling

Boekreview: 59 oefeningen uit ‘Verwacht geen applaus’ vragen ook moed, lef en durf.

Het trainen van de geest is geen eenvoudige opgave. Volgens zenmeester Arthur Nieuwendijk kan dit proces zelfs een levenslange zoektocht zijn. In zijn nieuwste boek ‘Verwacht geen applaus’ (2024) introduceert hij een praktische en toegankelijke gids over Lojong, een eeuwenoude boeddhistische methode voor geestelijke training.
Dit is voor het eerst dat een dergelijk werk in het Nederlands verschijnt. Het boek bevat alle 59 Lojong-oefeningen, met duidelijke uitleg over hun betekenis en toepassing. Nieuwendijk biedt hiermee een stapsgewijze aanpak om de geest te trainen, waarbij hij benadrukt dat er geen eindpunt is en dat de focus op jezelf niet per se tot geluk leidt.
Het boek geeft weer hoe je kunt leven met meer wijsheid, bewustzijn en zelfwaardering, en hoe dit bijdraagt aan een rustiger en gelukkiger leven. Het benadrukt dat je nu al leeft en traint om te verbeteren, niet om iets nieuws te leren, maar om wat je al kunt te verfijnen. Zelfwaardering is essentieel, maar moeilijk door de prevalentie van negatieve overtuigingen over jezelf.
Compassie en vriendelijkheid, zowel naar jezelf als anderen, zijn belangrijk, net als het accepteren van ongemak en tegenslag als een deel van het leven.
Mentale kracht wordt ontwikkeld door te oefenen in aandacht, vastberadenheid en positieve gewoonten, waarbij de balans tussen focus en omgevingsbewustzijn cruciaal is. Het loslaten van verlangens en zekerheden is ook een belangrijk aspect om innerlijke rust te bereiken.
Je leeft nu, dus je traint niet om straks iets te kunnen. Je kunt het al, je leeft tenslotte al je hele leven. De vraag is alleen of je gelooft dat het ook beter zou kunnen, met minder stress, minder zorgen en meer vertrouwen. Als je denkt dat het mogelijk is om te leven.
Het vraagt moed om de reis naar zelfwaardering te beginnen, vooral in een wereld waar negatieve overtuigingen vaak de overhand hebben. Moed betekent hier dat je durft te kijken naar je eigen zwaktes, fouten en pijnlijke ervaringen zonder weg te rennen. Het accepteren van ongemak en tegenslag als een onvermijdelijk deel van het leven vereist moed, omdat het betekent dat je kwetsbaar durft te zijn en je niet laat ontmoedigen door moeilijkheden.
Lef is nodig om negatieve gewoonten en overtuigingen die je van jongs af aan hebt opgebouwd, aan te pakken. Het vergt lef om te erkennen dat je misschien anders wilt leven en vervolgens stappen te ondernemen om die verandering te realiseren. Dit houdt in dat je vastberaden bent om je gewoontes te veranderen en jezelf positief te ontwikkelen, zelfs als dit in eerste instantie moeilijk of eng lijkt.
Durf is een belangrijk thema in het boek, omdat het loslaten van deze zaken essentieel is voor het bereiken van innerlijke rust. Durf om te kiezen voor aandacht, compassie en vriendelijkheid, zelfs als dat betekent dat je tegen de stroom in gaat, is een belangrijke stap naar een meer gebalanceerd en gelukkig leven.
Samengevat, moed, lef en durf zijn essentieel om de reis van zelfontwikkeling te beginnen en door te zetten. Ze helpen je de uitdagingen die gepaard gaan met persoonlijke groei aan te gaan, en ze ondersteunen je bij het vinden van innerlijke rust en geluk door jezelf te waarderen en bewust te leven.
Reageer

Boekreview: Schoolpijn: reflecties van een leraar

Het boek gaat in op de complexiteit van het lerarenvak, belicht door de ogen van een verteller die zowel zijn eigen angsten als die van zijn leerlingen erkent en bestrijdt. De schrijver neemt ons mee op een introspectieve reis en raakt de kern van wat het betekent om leraar te zijn: niet alleen als kennisoverdrager, maar ook als iemand die leerlingen helpt omgaan met hun angsten.

Angst speelt vaak een grote rol in de schooltijd; het kan alles blokkeren. Voor de leraar die Daniel Pennac uiteindelijk werd, was de belangrijkste missie om de angst van zijn meest worstelende leerlingen te genezen, zodat ze zich konden openstellen voor kennis. “Alleen, om kennis een kans te geven te bezinken in het heden van een les, moeten we ophouden steeds met het verleden op de proppen te komen als iets om je voor te schamen, en met de toekomst als een straf,” schrijft Pennac.

Pennac stelt dat een leraar de lastige leerling vaak ziet als een belichaming van zijn eigen falen. De leraar slaagt er blijkbaar niet in om vooruitgang te boeken of de lastige leerling aan het werk te krijgen. “Gelukkig wordt deze twijfel aan zichzelf, zodra men zich ervan bewust wordt, bestreden door een flinke hoeveelheid geldige argumenten: bij hém heb ik gefaald, maar bij zoveel anderen heb ik wel succes gehad. Ik kan er toch ook niks aan doen dat deze jongen in de tweede zit! Wat hebben mijn voorgangers hem eigenlijk bijgebracht? Komt dat allemaal door de school? Wat denken die ouders wel niet? Dat ik met mijn middelen en aantal lesuren zo’n grote achterstand kan wegwerken?” De leraar maskeert hiermee zijn eigen falen en durft dat niet te erkennen.

Dit gevoel van falen is herkenbaar. Soms vraag je een leerling zichzelf in de toekomst te beschrijven. Wat als ik je tegenkom als je veertig bent? Wat doe je dan? En als je deze veertiger dan echt tegenkomt als chef-kok van een restaurant, hoe geweldig is dat! Hoge verwachtingen helpen daarbij. Dit zijn de momenten waarop je geen spijt hebt dat je leraar bent geworden.

Pennac beschrijft ook wat het neoliberalisme doet met onze leerlingen: zij identificeren zich met merken. Als je Nikes hebt, ben je iets en iemand… Alleen worden zij er niet voor betaald, maar betalen zij ervoor met geld en een deel van zichzelf. “We worden iets, we worden iets, ieder op zijn eigen manier, en soms lopen we elkaar als ‘gewordenen’ tegen het lijf.” Pennac maakt zich zorgen over de jongeren die opgroeien in de banlieues: “Waar kunnen ze anders op leunen in de zin van achteroverleunen, jezelf een beetje vergeten om dichter bij jezelf te komen – dan op het spel van uiterlijke schijn? Want dat is het, dat is de identiteit volgens grootmoeder Marketing: de jongeren hullen in schijn, het voortdurende verlangen om fotogeniek te zijn bevredigen… Verduiveld, dat is een serieuze rivaal voor de leraren, die verkoopster van kant-en-klare plaatjes!”

Tegelijkertijd put Pennac hoop uit de veerkracht van kinderen: “Onderschat die kinderen niet, vergeet niet hoe veerkrachtig ze zijn! En hoe slim, als ze eenmaal door de puberteit zijn gekomen. De meesten slaan zich er heel goed doorheen.” Hij herinnert zich meneer Bal, zijn wiskundeleraar in de vijfde klas. “Qua manier van bewegen was hij de tegenpool van Keating; hij was zo onfotogeniek als maar kon: hij had een eivormig gezicht, een schelle stem en niets aantrekkelijks. Hij zat altijd achter zijn bureau op ons te wachten, groette ons vriendelijk en vanaf zijn eerste woorden zaten we in de wiskunde. Waaruit bestond dat uur dat we er zo goed bij waren precies? Voornamelijk uit de stof die meneer Bal onderwees en waar hij helemaal van vervuld leek te zijn – wat hem tot een opmerkelijk levendig, kalm en goed iemand maakte. Een vreemdsoortige goedheid, die puur en alleen in kennis wortelde, de natuurlijke behoefte om de ‘stof’ met ons te delen die zijn geest zo in vervoering bracht en waarvan hij zich niet kon voorstellen dat die bij ons weerzin zou kunnen oproepen, of dat we er simpelweg onbekend mee waren. Bal was vervuld van zijn stof en van zijn leerlingen.”

Goede leraren laten volgens Pennac niet los. Ze laten zich niets wijsmaken over een mogelijk gebrek aan kennis. Het beeld van het reddende gebaar bij iemand die in het water is gevallen, de hand die je naar boven trekt ondanks je gespartel, dat krachtige beeld van een hand die de kraag van een jas vastgrijpt. Afsluitend ziet hij dat de huidige onderwijsprofessionals veel maatschappelijke problemen in de klas krijgen en zeggen: “Wij leraren zijn er niet voor om binnen de school de maatschappelijke problemen op te lossen die het overdragen van kennis in de weg staan; dat is niet ons werk.” Natuurlijk moeten surveillanten, pedagogen, maatschappelijk werkers en psychologen hun werk doen. Maar we zijn ook in een nieuwe fase beland, die zich steeds meer zal moeten richten op de verbetering van de communicatie met de leerlingen.

En wat mij betreft begint dat met jezelf kwetsbaar opstellen, het organiseren en promoten van tegenspraak, en daarnaast ook de nodige grenzen durven aangeven.

Reageer

Think and Grow Rich: Yes You Can! Nou……Je moet wel Durven…

Ik heb laatst ´Think and Grow Rich´ van Napoleon Hill gelezen. Het yes-you-can-gehalte is echt aanwezig in dit boek. Je leest veel praktische opdrachten en confronterende vragen. Het bevat een formule om je zelfvertrouwen op te vijzelen, tips om het onbewuste te beïnvloeden, gespecialiseerde kennis te vergaren, je verbeelding op te rekken, lichaamstaal te verbeteren, zakelijke kansen te ontdekken, doorzettingsvermogen te ontwikkelen, negatieve emoties weg te werken, enzovoort.
Je moet het alleen nog even durven en doen……
Interessant in het kader van durven is dat angst de tegenhanger is voor durven. Volgens Hill werkt de angst voor armoede verlammend op arme mensen.  En juist zien angst  juist als een aansporing om vermogen op te bouwen. En volgens Hill  begint rijker worden door te gaan denken zoals de rijken doen. Een andere mindset ten opzichte van angst dus. Aangevuld met een een doel, vasthoudendheid en een echte motivatie om je angst voor armoede om te turnen naar rijkdom.
Ik zie rijkdom en vermogen trouwens niet alleen in financieel kapitaal. Mijn rijkdom zit met name in het sociale kapitaal.
Emotioneel krediet door gul te geven en iets doen voor anderen waar het kan.
Hill (bron Wikipedia)
In “Think and Grow Rich” van Napoleon Hill staat moed en durf centraal als essentiële ingrediënten voor succes. Hill moedigt lezers aan om hun angsten te overwinnen en vastberadenheid te tonen in het nastreven van hun doelen. Door inspirerende voorbeelden van moedige individuen, zoals Henry Ford en Helen Keller, illustreert Hill hoe het overwinnen van angst en het nemen van risico’s leidt tot groei en prestatie. Hij benadrukt het belang van het durven uitdagen van conventionele denkwijzen en het volgen van je eigen intuïtie. “Think and Grow Rich” is een gids voor lezers die bereid zijn om buiten hun comfortzone te stappen en te streven naar persoonlijke en professionele groei.
Het zijn maar 6 stappen!
De eerste stap is een helder doel stellen. Concreet.
De 2e stap is jezelf de vraag te stellen wat je ervoor wilt doen of laten: niets is voor niets. Het kost je wat en het levert je iets op.
Vervolgens plan je een startdatum en maak je een duidelijk omschreven plan om je verlangen uit te voeren.
En begin er meteen mee, of je er nu klaar voor bent of niet.
Stap 5 is het daadwerkelijk beschrijven van wat je gaat doen in een leidraad of motto. Afsluitend lees je dit elke dag hardop voor het slapen gaan, en elke dag vlak na het opstaan.
Welke stappen heb ik zelf gemaakt buiten mijn comfortzone ?

Durven en Doen!

  • Bij het Jan Speijker Centrum voerde ik de administratie maar kon mij ook ontwikkelen als sociaal dienstverlener. Ik zette een spreekuur op, ik gaf schaatsles aan vluchtelingen…gewoon durven en doen!
  • Daarna ben ik groepsleider bij een instelling voor LVB jongeren en woonbegeleider voor Vluchtelingen geweest (zonder diploma of werkervaring) …. durven en doen!
  • Op mijn 30e mijn HBO diploma gaan halen in deeltijd ….durven en doen!
  • Bij arbeidsvoorziening een project opgezet om justitiële jongeren te bemiddelen naar werk, methodiek hiervoor ontwikkeld en 12 professionals aangestuurd… (zonder diploma of werkervaring) ….durven en doen!
  • Overgestapt als Loopbaantrainer bij IBO … (zonder diploma of werkervaring) ….durven en doen!
  • Een jaar in het VMBO lesgegeven …… (zonder diploma of werkervaring) ….durven en doen!
  • 11 jaar lesgeven, succesvolle projecten leiden, methodiek ontwikkelen, opleidingscoordinator Diemen… (zonder diploma of werkervaring) ….durven en doen!
  • Als zelfstandige agressietrainingen geven … (zonder diploma of werkervaring) ….durven en doen!
  • Werken voor de UvA … (zonder WO-diploma of werkervaring) ….durven en doen!
  • Op mijn 54e volledig zelfstandig Bureau Voor Durf opgezet … (zonder diploma of werkervaring) ….durven en doen!
  • Voorzitter en uiteindelijk directeur van een ondernemersvereniging OVZZ geworden … (zonder diploma of werkervaring) ….durven en doen!
  • Op mijn 57e gestart met Master Human Development …….durven en doen!
  • En nu een boek geschreven:….durven en doen!
Bonus:
Ik hou van mooie gezegden en uitspraken. Dit boek had er vele. Mooie uitspraken in het boek:
“Ik ben de meester van mijn lot, ik ben de kapitein van mijn ziel.”
“Je wordt wat je gelooft. Niet wat je hoop, wat je wenst, of wat je wilt. Je wordt waar je diep vanbinnen echt van overtuigd bent.“
“Ergens in onszelf hebben we een kracht die elke droom en ieder verlangen kan waarmaken. Het gaat erom dat je kracht ontdekt en leert te gebruiken.“
“Investeren in jezelf is de beste investering die je kunt doen.“
“Als je geen grote dingen kunt doen, doe dan kleine dingen op een geweldige manier.”
“Een van de oorzaken van falen is de gewoonte om op te geven bij tegenslag.”
“Als dat wat jij wilt goed voelt en je bent zeker overtuigd, doe het dan.”
“Het droom van groot succes begint met een droom”
“Onze enige beperking is onze gedachte.”
“Geloof is de belangrijkste alchemist van de geest.“
“Je bent wat je bent door de over gedachten die je gedrag aansturen.“
“Geloof is het startpunt van alle verloren.”
“De weg naar succes is de weg van jezelf ontwikkelen.“
“Zowel succes als komt voort uit gewoonten.“
“Een opgever wint nooit en een winnaar geeft nooit op.”
“Geen enkele leider is te druk om iets te doen wat er van hem wordt gevraagd in zijn rol als leider.”
“Voordat je de omstandigheden onder controle kunt hebben, moet je jezelf onder controle hebben.“
“Wanneer je in de spiegel kijkt, kun je beide je beste vriend als je grootste vijand tegenkomen.“
“Mislukking wint het nooit van door ontwerp.“
“Iemand die kans niet grijpt, moet genoegen nemen met wat er rest en anderen hun keuze hebben gemaakt.“
“De praktijk van ware wijsheid is nog steeds bescheidenheid.”
“Als je je door van anderen laat leiden, zul je nooit je hart volgen.“
“Ik vertel de wereld wat ik van plan ben, maar ik laat het eerst zien.”
“Wilskracht en verlangen vormen, indien ze goed worden gecombineerd, een onoverwinnelijk team.”
“Succes begint met verlangen.”
“Transformatie een verandering in je hart, niet in je hoofd.”
“Angst is een mindset – niets meer van minder.”
“Pessimisme leidt tot vergiftiging van jezelf en tot een slechte gemoedsgesteldheid.“
“Kritiek is de enige vorm van dienstverlening die iedereen in overvloed heeft.“
Reageer

#70 Bookreview “Misschien moet je iets lager mikken”, Klasse laat je nooit los. Klasse vormt wie je bent.

Paul de Regt (docent Haagse Hogeschool) las een 1e versie van mijn nog uit te komen boek en tipte dit boek van Milio van de Kamp. We zijn beiden 1e generatie studenten en herkennen veel van onze eigen levensweg in dit boek.
Milio van de Kamp (1991) is socioloog en werkzaam als universitair docent aan de UvA. In 2022 werd hij verkozen tot FMG Docent van het jaar.
Hij is opgegroeid in armoede en hij geeft in zijn boek “Misschien moet je iets lager mikken”een unieke, persoonlijke blik op maatschappelijke ongelijkheid.
Het begint eigenlijk al met je startgevoel en perspectief. Ik heb altijd opgekeken naar mensen uit een ‘hogere’ klasse. In het verleden verhield ik mij ten aanzien hetgeen ‘hoger’ was.
“Het patroon van lage verwachtingen komt voort uit de sociale klasse waarin ik ben opgegroeid. Als je wordt geboren met weinig voel je al snel wat jouw plek in de wereld is.”
Ik groeide op in Amsterdam-Noord in een buurt waar je een vechtersmentaliteit krijgt aangeleerd. Deze mentaliteit gebruikte ik voor mijn klim op de maatschappelijke ladder. Trede voor trede. Op karakter, wilskracht, talent, geluk én zelfkennis werd ik van een dubbeltje een kwartje. Ik was (en ben nog een beetje) een Amsterdams lefgozertje.
Van de Kamp beschrijft haarfijn hoe de code van de straat zich verhoudt met de code van de school:
“De code van de straat staat voor masculiniteit, eer, respect en machogedrag en de verwachting vanuit deze cultuur was duidelijk: op het moment dat iemand je uitdaagt toon je dominantie. Je handelt meteen, geeft de eerste klap en moet als winnaar uit de strijd komen, anders verlies je het respect nog voordat je het überhaupt hebt opgebouwd. De code van de school betekende juist het tegenovergestelde en is meer gericht op zelfontplooiing, zelfverwezenlijking “
“De keuze tussen de straat- en schoolcode is geen rationele. In een fractie van een seconde nam de straatcultuur, de cultuur die ik het best kende, de overhand.”
Mijn lef werd in de straatcultuur opgebouwd.
En toch ook toen al in balans gehouden door mijn denkkracht.Wel het lef voelen, maar vaak net even slimmer (doordachter) te zijn. Dat heeft mij (en mijn zus) veel klappen bespaard. Dat ‘slimmer’ zijn, had twee kanten. Ik kon goed leren. En mijn ouders hadden het beter dan die van Van de Kamp. Echte armoede en agressie heb ik niet gekend. Mijn startpositie was zeker beter als die van hem. Ik kwam wel thuis bij vriendjes als Van de Kamp en zag de verschillen.
Van de Kamp beschrijft dat hij zijn manier van spreken ook binnen een paar stappen wist aan te passen. Herkenbaar: ik ben in no time zo teruggeschoten in mijn oude manier van praten: de straattaal.
Het effect van (destijds) mijn plat-Amsterdamse accent klinkt soms nog door. Mijn accent heeft geen waarde, want het is geen onderdeel van de heersende norm, zegt hij. Het accent werkt je juist tegen in de onderwijswereld.
Momenteel voer ik veel opdrachten in het onderwijs uit. Door het boek ben ik weer scherper op hoe klasse-ongelijk ons onderwijs vaak kan zijn. De schrijver citeert Bourdieu: “De onzichtbaarheid van klassenongelijkheid in het onderwijs vanuit het idee dat hij ‘cultureel kapitaal’ noemt, het gevoel en de kennis die je hebt van de cultuur, de mores, de gebruiken en de normen in een bepaalde omgeving, zoals bijvoorbeeld de universiteit. Het gaat om een feel for the game, om aanvoelen hoe je ergens hoort te praten, bewegen en je gedragen. Hij liet zien hoe de middenklasse en elite het onderwijs domineren. “
Volgens Bourdieu werkt het bestaande onderwijssysteem privileges in de hand. Het cultureel kapitaal van de middenklasse en elite wordt gezien als neutraal, met als gevolg dat degene die niet aan de heersende normen en waarden voldoen, ook geen normen en waarden hebben.
Deze generatie wordt echter getoetst op normen en waarden die door de middenklasse en elite zijn bepaald, waardoor de kinderen die zich hier het meest mee kunnen identificeren (en er het beste op zijn voorbereid door hun opvoeding) het hoogst scoren.
“De 1e generatiestudenten moeten leren zich aan te passen aan de context van de universiteit, zowel sociaal als academisch, en hun doel scherp voor ogen moeten houden. Het beheersen van deze drie elementen bepaalt uiteindelijk of iemand succesvol weet te navigeren in de wereld van de heersende klasse. “
Klasse laat je nooit los. Klasse vormt wie je bent.
Reageer

4 tips om het talent durf te ontwikkelen.

 

De definitie van een ‘sterk punt’: het vermogen om in een bepaalde activiteit consequent bijna perfecte prestaties te leveren.

Een combinatie van talenten, kennis en vaardigheden, kan tot een ‘sterk punt’ leiden. Pas als je ergens mee in aanraking komt, blijkt dat je de bijbehorende vaardigheden heel snel onder de knie hebt en daar ook snel een eigen manier in weet te vinden.

Maar hoe ontwikkel je talent in durven?

Elk zich herhalend patroon van denken, voelen en zich gedragen is een talent, indien dat patroon op productieve wijze kan worden ingezet.

Talentontwikkeling in durven is dus herhaling van het patroon. 1 keer iets gedurfd levert nog geen talent op.

4 tips:

 

  1. Zorg dat je er telkens iets beter in wordt. Kleine stapjes werken ook goed in de ontwikkeling van een patroon.
  2. Bouw een ondersteuningssysteem op. Als je het idee hebt dat iets eenmalig is geweest zorg dat je in bv je agenda telkens de durf-uitdaging inplant.
  3. Gebruik een van je sterkste punten voor het compenseren van een zwak punt. Naast de ontwikkeling van durf kun je andere talenten die aan durf ten grondslag leggen meer prikkelen. Bijvoorbeeld talenten als actiegerichtheid of innovatief zijn.
  4. Zoek een buddy. Iemand die wel goed is in jouw zwakke punt en vraag hem om je de voor hem natuurlijke aanpak, aan te leren.

 

Reageer